29 december 2018
“Via online leerplatformen kunnen we leerstof uitserveren in de belevingswereld van onze jeugd.”
Uitgeverij Plantyn
“Via online leerplatformen kunnen we leerstof uitserveren in de belevingswereld van onze jeugd.”
FACILITATOR EDUCATIEF PROJECT
Administratief of praktijkgericht
Online leerplatformen doen leerkrachten en leerlingen leren. It’s all in the name, toch? Niet helemaal. In de eerste plaats helpen leerplatformen leren. Toch een andere insteek, vindt Carl Verhoest, die bij Plantyn verantwoordelijk is voor de ontwikkeling en uitrol van de online leerplatformen. “Leerrijk, waarvoor jij dit artikel schrijft, is bijvoorbeeld geen leerplatform. Het is een manier om informatie naar leerkrachten en directies te brengen. Ook de zuiver administratieve tools die scholen gebruiken voor personeelsbeheer, inschrijvingen en kostenregistratie noemen wij geen leerplatformen. In feite hebben die applicaties niets met leren te maken.”
Online leerplatformen doen meer dan informeren en registreren - ze moeten ‘leren’ mogelijk te maken. Eerder administratief of heel praktijkgericht brengen ze het didactisch proces van de school in kaart: via planningstools, leerplandatabases, modules om lesvoorbereidingen te maken, of in de vorm van oefenplatformen voor leerlingen.
Individueel of schoolbreed
“Een online leerplatform kan de didactische opdracht zowel individueel als schoolbreed faciliteren,” zegt Carl Verhoest. “Bij Plantyn bieden we met Scoodle bijvoorbeeld enerzijds een module aan waarmee leerkrachten hun lessen kunnen voorbereiden of hun jaarplannen ontwikkelen. Het is tegelijk een oefenplatform dat leerlingen zowel individueel als interactief kunnen gebruiken. Anderzijds hebben we een schoolbreed platform, iOmniwize, waarop leerkrachten ook materialen en lessen kunnen delen, samen kunnen werken aan de opbouw van de curriculi en de schoolloopbaan van leerlingen kunnen opvolgen.”
Technologie of content
Nog een onderscheid tussen de verschillende platformen zit in de keuze van de makers voor content of techniek. “Sommige platformen hebben alle mogelijke technische functionaliteiten, maar geen content. Smartschool is daar een mooi voorbeeld van. Zij zijn een pure softwareprovider. Dat is overigens ook een perfect legitieme benadering. Maar als uitgeverij willen wij precies met onze content het verschil maken.”
“Als het leerplandoel bijvoorbeeld ‘machten tot twintig’ is, dan vertellen wij je hoe je dit volgens onze methodiek het best kan aanleren”, legt Verhoest uit. “Via het digitaal platform geven wij daar ook oefeningen bij. Een andere uitgeverij zal weer andere methodieken en opdrachten aanreiken. Zoals wij Scoodle, Scoodle Play en iOmniwize hebben, zo heeft Van In bijvoorbeeld Bingel en Diddit. Waarin we als uitgeverijen overeenstemmen: met onze content willen we inhoudelijke kwaliteit leveren in functie van het onderwijsproject.”
VEREENVOUDIGEN OM TE DIFFERENTIËREN
Administratieve last verlichten
In die zin overstijgen deze leerplatformen ruimschoots het objectief van de digitale agenda. “Dat blijkt meer en meer een noodzaak, want het onderwijs individualiseert,” stelt Carl Verhoest. “Inclusie brengt differentiatie met zich mee en vraagt voor iedere leerling een aparte aanpak. Dat verzwaart nog maar eens de planlast voor leerkrachten en directies, en die is al aanzienlijk. Wil je gaan differentiëren zonder te verdrinken in administratieve rompslomp? Dan kan je bijna niet anders dan de functionaliteiten van online leerplatformen te benutten.”
“Als je iedere leerling andere sommen moet geven, ander huiswerk moet laten maken en bovendien voor elk kind bijhouden waar het precies staat? Dan wordt dat zo goed als ondoenbaar zonder digitale ondersteuning. Met de platformen die nu op de markt zijn, kan je als leerkracht heel nauwgezet de resultaten van je leerlingen opvolgen, conform de aandachtspunten van het M-decreet.”
Groeien naar een breder zorgsysteem
De ambitie van ontwikkelaars? Platformen zoveel mogelijk modelleren tot intelligente zorgsystemen. Dat moet leerkrachten toelaten om over de volledige schoolloopbaan van elke leerling een volgdossier uit te bouwen. “Wat onze systemen bijvoorbeeld kunnen, is de resultaten per leerling evalueren en daaraan extra opdrachten koppelen. Met een spreekwoordelijke druk op de knop rollen er bij de leerkracht tweeëntwintig verschillende bundeltjes uit de printer, op maat van iedere leerling. Dat takenpakket moest de juf of meester vroeger helemaal zelf samenstellen.”
“Leerplatformen stellen ook heel wat tools en technieken ter beschikking om snel je klas te screenen. Je beantwoordt een aantal vragen, je doet enkele observaties per leerling en zo maakt het systeem een analyse: die of die leerling dreigt op dit vlak uit te vallen. Door regelmatig te screenen, kan je tendensen ontdekken en problemen detecteren waaraan je aandacht moet geven.”
AANPASSEN IN/AAN EEN DIGITALE WERELD
Toegang vinden tot de leefwereld van de jeugd
Belangrijk inzicht is: leerplatformen zijn geen tendens, ze volgen een tendens. De leerling, de primaire ‘klant’ van het onderwijs, verandert. Dat vergt niet alleen flexibiliteit van directies en leerkrachten. Ook de leermethodes en -instrumenten moeten bijgesteld rekening houdend met de leefwereld van kinderen en jongeren.
“Jij en ik, wij hebben nog leren lezen uit boekjes. Wij schreven onze lessen en ons huiswerk op in schriftjes. De leerlingen van vandaag, die zijn opgegroeid met de computer, de tablet, de smartphone. Voor hen is dát de wereld. Daar moeten wij geen lang gezicht over trekken. Het devies is heel simpel: we moeten ons aanpassen. Zeker wij, ontwikkelaars en onderwijsprofessionelen, moeten zo verstandig zijn om onze content uit te serveren in de belevingswereld van onze jeugd. Dat wil zeggen: digitaal.”
Uitdagen en belonen
Een slim platform speelt doelbewust in op de leefwereld van kinderen, op maat van hun leeftijdscategorie. “Zo bieden we met Scoodle secundair een platform specifiek gericht op middelbare schoolleerlingen. Het is een oefenplaats waar ze niet alleen het huiswerk kunnen maken dat hun leerkracht er voor hen heeft klaargezet, ze kunnen er ook oefenen voor toetsen en examens. Er is een resultaatanalyse aan gekoppeld waar middelbare scholieren echt iets aan hebben, waar ze hun vooruitgang kunnen zien.”
“Voor de kinderen van het lager onderwijs zijn onze platforms veel meer een game. In Scoodle Play hebben de kinderen hun eigen avatar die ze kunnen aankleden, eten moeten geven, ze kunnen muntjes verdienen door oefeningen te maken … Kinderen op een ludieke, directe manier belonen voor hun leerinspanning: dat zijn de leuke extraatjes van een online platform.”
“Vroeger kreeg je een stickertje in je schrift als je een oefening goed had gemaakt. Nu kan de juf, die de oefeningen online opvolgt, korte boodschappen sturen als ‘goed gedaan!’ of ‘probeer dit eens’ of ‘denk daar eens aan’. Zo kan je als leerkracht je leerling rechtstreeks belonen voor zijn inspanning. Of de leerling kan vragen stellen als hij niet helemaal mee is. Zo moedig je de wisselwerking tussen leerkracht en leerling aan, ook buiten de gewone klassituatie. Of beter: aanvullend op de klassituatie. De platformen bieden interactiemogelijkheden die je met gewoon huiswerk of thuisoefeningen niet hebt.”
DE LEERPLATFORMEN VAN DE TOEKOMST
Leerplatformen zijn mainstream geworden
Aan de wieg van de online leerplatformen tierden nog de debatten over digitalisering en de toegang van kansen- en doelgroepen tot het online gebeuren. “Dat is nu geen item meer”, stelt Carl Verhoest vast. “Voor kinderen die thuis toch uitzonderlijk geen computer of internet hebben, zijn er nu in de scholen overal ICT-lokalen ingericht. Als er nog drempels zijn om online platformen te gaan gebruiken, dan liggen die nog voornamelijk bij leerkrachten en directies zelf: niet iedereen is even vertrouwd met de nieuwe media.”
Maar die drempels zijn al bij al relatief. “Ik spreek over een 45.000 leerkrachten die dagelijks gebruik maken van onze platformen. Dan kan je toch wel stellen dat ze mainstream zijn geworden.”
Een sociaal, educatief en proactief forum
De technologie van deze derde generatie leerplatformen is al een pak geraffineerder dan in de beginjaren. Toch zit volgens Carl Verhoest daarin nog het meeste potentieel. “Systemen die telkens slimmer worden, kunnen ook veel beter omgaan met de grote uitdaging rond differentiatie waar het onderwijs voor staat. Onze ambitie? Leerplatformen ontwikkelen die nog eenvoudiger zijn in het gebruik, die nog beter inspelen op de individuele leercontext. We willen toegaan naar een systeem dat detecteert wanneer leerlingen niet het gewenste pad volgden. Een systeem dat zelf de leerkrachten signaleert waar de focus zou moeten liggen. Onze grootste uitdaging? Die moet liggen in de interpretatie van didactische gegevens rondom de individuele leerling.”