21 oktober 2020
Veilig naar school? Check!
Fietsen: voldoende stopplaatsen
De fiets is en blijft het populairste vervoermiddel voor school-werkverkeer. Voor kleine kinderen is een fietsstoel de goedkoopste en handigste optie. Met grotere of meerdere kinderen kunnen de ouders kiezen voor een fietskar of bakfiets. Zijn de leerlingen oud genoeg om zelf te fietsen? Dan volgen ze het best de veiligste route naar school, ook al is dat niet de kortste of de snelste. Als ze voor hun ouders rijden, leren ze zelf beslissingen nemen in het verkeer. Het is verstandig om vaste stopplaatsen af te spreken en hen op voorhand alert te maken op gevaarlijke situaties en hoe daarop te reageren.
Wandelen: veilig oversteken
Kinderen die dicht bij de school wonen, kunnen in principe ook te voet gaan. Vanaf ongeveer tien jaar kan de leerling zijn of haar vertrouwde route alleen afleggen. Hoort er een gevaarlijke oversteekplaats bij het parcours? Oefen dan op goed links en rechts kijken om een verstandige oversteekbeslissing te nemen. Indien de leerling de snelheid van auto’s nog niet goed kan inschatten, kan je met een referentiepunt werken. Oversteken mag dan bijvoorbeeld zolang de auto niet voorbij de eerste zijstraat is. Je kan ook met de hele klas een wandeling rond de school maken en wijzen op de risico’s die je daar ziet.
Met de auto: voorzichtig uitstappen
Leerlingen die ver van school wonen, worden waarschijnlijk met de auto gebracht. Ook zij moeten rekening houden met het verkeer. Een tip voor de ouders is om wat verder weg te parkeren om niet te veel drukte te creëren aan de schoolpoort. Kinderen moeten indien mogelijk uitstappen aan de stoep- en niet aan de straatkant - en daarbij kijken of er geen (brom)fiets aankomt. Eenmaal uitgestapt, wachten ze het best op de stoep en niet op het fietspad. Rijdt er een klein broertje of zusje mee in een kinderstoel? Dan wordt eerst hij of zij uit de auto genomen en pas dan mag de gordel van grote broer of zus los.
Met de step: de juiste regels
Komen jouw leerlingen al steppend naar school? Dan zijn er enkele vuistregels. Steppers met een stapvoets tempo volgen de verkeersregels van voetgangers en rijden dus op het voetpad of de berm en moeten verplicht het zebrapad gebruiken als er een binnen de twintig meter is. Snellere steppers volgen de regels van fietsers door op het fietspad of rechts op de rijbaan te rijden, maximaal met twee naast elkaar. Zij moeten gebruik maken van de fietsoversteekplaats en -verkeerslichten. Leer de kinderen uitkijken voor oneffenheden in het wegdek, steeds een helm te dragen en in het donker goed verlicht te steppen.
Wil jij graag verkeerslessen geven aan jouw klas? Gebruik dan Wereldkanjers Verkeer.
Gerelateerde artikels
