In dit artikel!
Wat is het verschil tussen de “oef-” en de “lp-” oefeningen?
De “oef-” en de “lp-”oefeningen zijn dezelfde. De opdrachten in de “oef”-reeks beginnen met een theorieblok en staan gerangschikt per oefeningenreeks. De opdrachten van “lp” zijn dezelfde oefeningen, maar deze zijn in een adaptief leerpad gearrangeerd. Daarin wordt er gestart met een aantal oefeningen op het basisniveau. Op basis van het resultaat oefent de leerling verder op zijn/haar niveau.
Hoeveel pogingen heeft een leerling om te antwoorden?
- Bij de meerkeuzevragen, meetkundeopdrachten en invulopdrachten heeft de leerling steeds twee pogingen om de deelvraag te beantwoorden.
- Bij de rekenvelden heeft een leerling vier pogingen per deelvraag om tot het juiste antwoord te komen. Een leerling moet deze vier pogingen gebruiken om de opdracht in te kunnen dienen.
Hoe verloopt de puntenberekening?
Per fout antwoord dat er wordt gegeven verliest de leerling 25%. Van zodra een leerling een hint opvraagt, verliest hij 10%, ongeacht het aantal hints hij gebruikt.
Is het mogelijk om te zien of leerlingen hints hebben opgevraagd of fouten hebben gemaakt?
Je kan zien welke tussenstappen de leerlingen gezet hebben en of ze fouten gemaakt hebben.
Als een leerling een hint heeft opgevraagd, dan zie je dat aan het lampje dat rechts in het rekenveld staat.
Krijgen leerlingen de juiste oplossing te zien als ze zelf niet tot de juiste oplossing komen?
Afhankelijk van het soort oefening heeft een leerling meer of minder kansen om fouten te maken. Bij de meeste oefeningen wordt een modeloplossing gegenereerd; bij meetkunde is dit momenteel nog niet mogelijk.
Is het mogelijk om als leerkracht vlug de oplossingsmodellen van de oefeningen zien?
Ja, dat is mogelijk met de knop ‘Toon alle oplossingen’. De leerlingen kunnen dit uiteraard niet.